Haakse aansluitingen, nee!

Op de foto is te zien dat een fietser die afslaat een cirkel maakt en gemakkelijk op de verkeerde weghelft terecht komt. geen haakse bocht!

Om dit te voorkomen en om het fietsen comfortabeler te maken is het nodig in plaats van een rechte hoek een cirkelvormige overgang te maken.

 bocht straal 10 meter

Als een fietser heel langzaam rijdt zodat hij nog net niet omvalt, is een cirkelstraal nodig van minstens 5 m. De ontwerpsnelheid voor gewone fietsverbindingen is 20 km/uur. Daarbij hoort een boogstraal van 10 m.

In Zaanstad kennen we diverse haakse aansluitingen, maar ook mooie voorbeelden van cirkelvormige bochten, zoals hier in de Gerhardstraat.

afgeronde bocht

Het KennisplatformCROW-Fietsberaad formuleert het aldus:

Horizontale bogen 
Bogen zijn nodig om wegvakken op een soepele wijze met elkaar te verbinden. De straal van een boog is van invloed op de snelheid waarmee ter plaatse van de boog gefietst kan worden. De ondergrens voor boogstralen is 5,00 m; bij kleinere waarden daalt de fietssnelheid tot beneden de 12 km/h en moet de fietser veel moeite doen om overeind te blijven. Naarmate de ontwerpsnelheid hoger ligt, zal ook de boogstraal groter moeten zijn. Uit onderzoek is het verband tussen boogstraal en fietssnelheid naar voren gekomen. Op basis hiervan kan worden gesteld dat:

  • fietsverbindingen die onderdeel uitmaken van het basisnetwerk, een straal dienen te hebben van ≥ 10 m, afgestemd op een ontwerpsnelheid van 20 km/h;
  • fietsroutes en hoofdfietsroutes een straal dienen te hebben van ≥ 20 m, afgestemd op een ontwerpsnelheid van 30 km/h.

Voor rekenaars, zie de bijlage.

geen haakse maar ronde bochten